Romeinse kunst

Romeinen Tijd: 300 V.C. - 476 N.C. Kunstenaars: Hierover is niet zoveel bekend. Er zijn veel kunstwerken waarvan de makers niet bekend zijn. Enkele namen die wel genoemd worden zijn Celer, Severus, Rabirius en Apollodorus
Algemene kenmerken: - De kunst moest realistisch zijn - Er werd veel vanuit het ideaalbeeld van de kunstenaar gewerkt (idealisme) - De Romeinen hadden en min of meer vast systeem van symbolen waarmee ze hun ideeën in kunstwerken duidelijk maakten - Bouwkunst Kenmerken: - Er werd, in tegenstelling tot bij de Grieken, baksteen en natuursteen voor hun gebouwen gebruikt. - Het nut en de gebruikswaarde van het gebouw waren belangrijker dan de schoonheid. - De Romeinen hadden kennis van gewelfbouw en ontwikkelden tongewelven tot kruisgewelven, die weer leidden tot de ontwikkeling van koepelgewelven. Ook de muurvlakken werden opgevuld om het gewicht te dragen. - Tempels werden gebouwd in een menging van Griekse stijlen, maar waren maar van één kant bereikbaar en stonden op een hoog plateau. - De Romeinen staan ook bekend om hun ‘utiliteitsgebouwen. Dat waren Basilica, die bestonden uit enkele schepen en een apsis, en werden gebouwd om als vergaderzaal of markt te dienen. - Er werden ook aquaducten en bruggen gebouwd, om water van hoog uit de bergen naar de steden te brengen. - De beroemde amfitheaters werden gebouwd om het volk en de keizer te vermaken. - De Romeinen staan ook bekend om hun stadsplanning; straten werden net zo geordend als een dambord. - Ze bouwden triomfbogen (rondbogen die zij hadden uitgevonden) om zichzelf te eren.
Beeldhouwkunst Kenmerken: - De Romeinen kopieerden voornamelijk de bronzen beelden van de Grieken. Dit deden ze in marmer. - De gezichtsuitdrukking werd erg belangrijk, die moest zeer realistisch zijn. - Ook ontwikkelde zich de reliëfskunst, die of een historische waarde had, óf een symbolische waarde. - Meestal werd alleen het borstbeeld weergegeven, alles moest heel realistisch zijn. - Op veel openbare gebouwen waren reliëfs te vinden, met historische of mytische voorstellingen. - Op verschillende plekken in het Romeinse Rijk werden beeld en reliëfs gemaakt, die veel karakteristieke dingen van de plaatstelijke kunst bevatten. Schilderkunst Kenmerken: - De Romeinse schilderkunst is rechtstreeks afgeleid van die van de Etrusken en Grieken. - De Romeinse schilderkunst ontstond vanuit praktische, politieke en representatieve behoeften. - Men maakte gebruik van de frescotechniek. Dit hield in dat een muurschildering werd gemaakt op nog natte kalkmortel, die wordt aangebracht met kalkwater en kleurstof.De kalk droogde snel en daardoor konden fouten niet worden verbeterd. - De Romeinen werkten met perspectief, en vaak schilderden ze oude fresco’s over. - De schilderingen moesten vooral ruimte en openheid suggereren. Soms leek het alsof men door een raam naar een landschap keek, waarin vaak mythologische dingen voorkwamen. - Sommige fresco’s zijn erg goed bewaard gebleven, de kleuren zijn nog erg helder. De belangrijkste kleuren zijn zwart, wit, rood en geel. Toegepaste kunst Kenmerken - Veel vloeren werden ingelegd met mozaïek, een bekend voorbeeld hiervan is het Alexandermozaïek in Pompei.In het centrum van vloeren werkden kleine veelkleurige steentjes gelegd. Vaak werden Bacchus op een panter of stillevens afgebeeld. - Ook werden er vloeren gelegd in zwart en wit marmer. Ze hadden geometrische motieven, gestileerde planten en bloemen, en ook vereenvoudigde mensfiguren en dieren als onderwerp. Vanaf het midden van de 2e eeuw ging men steeds meer kleur gebruiken. - Waar schilderingen niet echt geschikt waren plaatste men wandmozaïeken. Hier is allen niet veel meer van terug te vinden. Ook paste men “opus sectile” toe. Hierbij werden figuren en motieven samengesteld uit stukken verschillende soorten marmer. - Zilveren serviesgoed was vaak voorzien van reliëfs - Kleine bronzen voorwerpen zijn veel bewaard gebleven. Bijvoorbeeld meubels, spelden en vaatwerk. Hierop zijn ook vaak reliëfs te vinden. - Op muren, beelden en reliëfs kon de keizer zich laten afbeelden zoals hij dat graag wilde.